Wet van 26 december 2022

Wie ongelijk krijgt van een rechter, hoeft het daarmee uiteraard niet zonder meer eens te zijn.

Beroepsmogelijkheden

Het principe van de ‘dubbele aanleg’ betekent dat wie een geding voor een rechtbank verliest of meent onvoldoende zijn gelijk gehaald te hebben, een tweede kans moet krijgen voor een ‘hogere’ rechtbank.

In het overgrote deel van de gevallen zal hoger beroep mogelijk zijn (er zijn uitzonderingen!).

Wie door omstandigheden afwezig was bij de behandeling van zijn zaak voor en door de eerste rechter, werd misschien in zijn afwezigheid op verstek veroordeeld. Als er dan geen hoger beroep mogelijk is, kan de zaak vaak wel opnieuw voor de eerste rechter worden bepleit, ‘op verzet’ (ook hier zijn er uitzonderingen!).

Hoger beroep of verzet kunnen niet tot in der eeuwigheid worden aangetekend: er zijn belangrijke vervaltermijnen die moeten worden gerespecteerd. Die termijnen vangen soms automatisch aan. Maar in de regel zal de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden maar beginnen lopen vanaf de kennisgeving of de betekening van de bewuste rechterlijk uitspraak door een gerechtsdeurwaarder.

Meer informatie over de mogelijkheden om in beroep te gaan?

Contacteer onze advocaten

Wet van 26 december 2022

Op 30 december 2022 werd de Wet van 26 december 2022 betreffende de vermelding van de rechtsmiddelen en houdende diverse bepalingen in gerechtelijke zaken gepubliceerd. 

Deze wet trad in werking op 1 januari 2023.

Met deze wet werden de artikelen 43 en 47bis Ger.W. gewijzigd en werd een nieuw art. 780/1 Ger. W. ingeschreven.

Met ingang van 1 januari 2023 bestaat de verplichting om de partijen in burgerlijke zaken te informeren met betrekking tot de verschillende rechtsmiddelen die kunnen worden aangewend tegen een gerechtelijke uitspraak.

• Art. 780/1 Ger.W. voorziet in een informatieblad dat wordt opgemaakt op het moment waarop het vonnis verleend. Bij gebreke aan opmaak en/of aflevering hiervan zal de termijn om een rechtsmiddel aan te wenden geen aanvang nemen.
• Art. 43 Ger.W. voorziet in de verplichting om in ieder exploot van betekening die de termijn voor het instellen van een rechtsmiddel doet lopen, uitdrukkelijk te vermelden dat deze betekening deze termijn doet lopen, en ook de eerste dag van deze termijn te expliciteren. De gerechtsdeurwaarder moet deze datum opnemen in zijn exploot. Bij gebreke hieraan zal het betekeningsexploot nietig zijn.

(Alweer) opletten geblazen voor de rechtspracticus!

We zijn voor de totstandkoming van deze tekst erg schatplichtig aan gerechtsdeurwaarderskantoor GDW-GENT: onze dank!